In de raad van 17 december 2020 werd meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 goedgekeurd, hierin werden aanpassingen voor 2020 opgenomen en werd budget 2021 geïntegreerd. Na opmaak van de jaarrekening 2020 werd meerjarenplanaanpassing 4 goedgekeurd, het resultaat van de rekening 2020 werd opgenomen, er werden budgetten voor bijkomende investeringsprojecten voorzien.
Inmiddels dringt meerjarenplanaanpassing 5 zich op.
Omdat de gemeente en het ocmw een geïntegreerd meerjarenplan maken, wordt het financiële evenwicht voor die twee besturen als één geheel gepresenteerd en beoordeeld.
De vaststelling van het meerjarenplan behoort tot de voorbehouden bevoegdheden van de raad.
De gemeenten en de ocmw’s hebben een geïntegreerd meerjarenplan, maar hebben hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan.
Zowel de gemeenteraad als de ocmw-raad moeten eerst hun eigen deel van het meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan dat de ocmw-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor het meerjarenplan definitief is vastgesteld. De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de ocmw-raad maakt.
Wat werd opgenomen in meerjarenplanaanpassing 5:
Ook de gemeenten en ocmw’s ontsnappen niet langer aan de aanrekening van negatieve intresten voor de gelden op de financiële rekeningen. Zowel voor de gemeente als voor het ocmw worden door Belfius en BNP grensbedragen vastgelegd, onder deze grensbedragen moeten geen intresten betaald worden, boven deze grensbedragen wordt een vergoeding van 0,5% aangerekend op jaarbasis.
Een marktbevraging bij diverse grootbanken leert ons dat het nagenoeg onmogelijk is om geld te beleggen op korte termijn, zeker niet als volledige kapitaalsgarantie vooropgesteld wordt. Een belegging op langere termijn (minimum 8 jaar) lijkt niet opportuun voor ons bestuur.
Een andere mogelijkheid bestaat er in om de bijdrage voor het pensioenfonds van de mandatarissen vervroegd te storten. De bedragen voor 2022 tot en met 2025 (4 keer 125.000,00 euro) zullen vervroegd in 2021 in het pensioenfonds gestort worden.
Tenslotte werd de mogelijkheid overwogen om leningen vervroegd terug te betalen. Dit kan kosteloos op de data van rentevoetherzieningen, maar door de lage rentevoeten werd in het verleden telkens gekozen voor vaste rentevoeten. Een simulatie leert echter dat het toch interessant is om vervroegd terug te betalen en de wederbeleggingsvergoeding te betalen voor de duurste leningen.
Op korte termijn verminderen de gelden op de financiële rekeningen (per 1 mln. euro betekent dit dat er 5.000,00 euro minder negatieve intresten moeten betaald worden), en de schuldenlast daalt.
In de voorgelegde meerjarenplanaanpassing worden ook volgende zaken meegenomen:
- Fluvius had reeds aangekondigd dat de dividenden gevoelig zullen dalen in de komende jaren, de gemeente ontving een aangepast prognose van de dividendopbrengsten voor 2021 tot en met 2024. De geactualiseerde bedragen voor 2025 en 2026 moeten als indicatief worden aanzien. Ze hebben betrekking op een nieuwe tariefperiode voor de gereguleerde activiteiten elektriciteits- en gasdistributie waarover de regulator VREG nog geen beslissing heeft genomen. Dit betekent een minderontvangst van 393.000,00 euro voor 2021 tot en met 2025 ten opzichte van de laatst goedgekeurde meerjarenplanaanpassing.
- In juli heeft het noodweer vele gemeenten in het zuiden van het land getroffen. De gemeente wenst een toelage te storten aan de zwaar getroffen gemeente Pepinster (11.462,00 euro).
- Het bestuur wenst over te gaan tot de aankoop van een kunstwerk van Sarah Van Hoe (5.750,00 euro).
- In het meerjarenplan is opgenomen dat het bestuur streeft naar een fietsvriendelijke infrastructuur, maar de nodige financiële middelen werden niet voorzien. Er wordt 25.000,00 euro voor de aanschaf van fietsherstelzuilen.
Deze meerjarenplanaanpassing kreeg dd. 6 september 2021 positief advies van het MAT.
1. Bundel Meerjarenplanaanpassing 5 gemeente en ocmw 2020-2025 (BP2020_2025-5)
2. Advies van het managementteam van 6 september 2021
Burgemeester Francesco Vanderjeugd licht het agendapunt toe en verwijst naar zijn uiteenzetting bij hetzelfde punt in de ocmw-raad.
BESLUIT:
Artikel 1:
De gemeenteraad stelt de meerjarenplanaanpassing 2020-2025 (BP2020_2025-5) van de gemeente vast.
Artikel 2:
Het budgettair resultaat van het boekjaar van de gemeente in 2025 bedraagt -1.203.184,00 euro.
Het gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar van de gemeente in 2025 bedraagt 13.243.064,00 euro.
Het gecumuleerd budgettair resultaat 2025 bedraagt 12.039.880,00 euro.
Er zijn geen onbeschikbare gelden, dit maakt dat het beschikbaar budgettair resultaat van de gemeente in 2025 12.039.880,00 euro bedraagt.
De autofinancieringsmarge van de gemeente in boekjaar 2025 bedraagt 2.965.238,00 euro.
Artikel 3:
De kredieten van de gemeente voor boekjaar 2021 en 2022 (M3) worden vastgesteld.
Soort krediet |
Totaal bedrag voor 2021 |
Totaal bedrag voor 2022 |
Totaal exploitatie-uitgaven |
12.444.155,00 euro |
11.376.958,00 euro |
Totaal exploitatie-ontvangsten |
14.762.118,00 euro |
14.788.734,00 euro |
Totaal investeringsuitgaven |
7.577.665,00 euro |
5.106.058,00 euro |
Totaal investeringsontvangsten |
1.680.953,00 euro |
1.192.309,00 euro |
Totaal financieringsuitgaven |
705.096,00 euro |
822.251,00 euro |
Totaal financieringsontvangsten |
49.529,00 euro |
48.574,00 euro |
Artikel 4:
Het geconsolideerd budgettair resultaat van het boekjaar in 2025 bedraagt -3.347.504,00 euro.
Het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar in 2025 bedraagt 12.125.957,00 euro.
Het geconsolideerd gecumuleerd budgettair resultaat 2025 bedraagt 8.778.453,00 euro.
Er zijn geconsolideerd geen onbeschikbare gelden.
Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat in 2025 bedraagt 8.778.453,00 euro.
De geconsolideerde autofinancieringsmarge in boekjaar 2025 bedraagt 833.419,00 euro.